Even langs Sander's vliegtuigmuseum
Vanuit de provisorische radiostudio kijk ik uit over het talud aan de zuidkant van Schiphol, dat vliegtuigen naar de Polderbaan leidt of omgekeerd. Op zo'n vijftig meter afstand rolt iedere paar minuten weer een andere kist voorbij. Vooral de 747's blijven adembenemend.
Mijn gedachten dwalen even af naar de Vlaardingse Lindendreef. Op mijn slaapkamer was tevens het Openbaar Luchtvaart Museum gevestigd. Het bestond uit een verzameling posters aan de muur, staande en hangende modellen, bestek van verschillende maatschappijen en veel boeken met plaatjes.
De toegangsprijs bedroeg vijfentwintig cent, als ik me niet vergis. Aan de buitenkant van het huis had ik een bordje opgehangen. Twee haken in de muur en twee oogjes in een houten plankje. De naam van het museum had ik er met viltstift nauwkeurig opgeschreven. Het enige bezoek was overigens familie.
Wanneer we visite hadden was het vaste prik: even langs Sander's vliegtuigmuseum. Het was in de tijd dat ik zelf nog nooit bewust had gevlogen. Als baby was ik eens mee naar Portugal geweest, maar daar wist ik niets meer van. Ik moest het dus doen met de ervaringen van anderen.
Tot we in december '88 naar Tunesiƫ gingen. We vertrokken op de laatste dag van het jaar, in alle vroegte. Ik herinner me de lantarenpalen die de snelweg oranje kleurden. De auto van mijn vader rook naar sigaar. De radio speelde, terwijl ik zenuwachtig zat te wiebelen op de achterbank.
Op het moment dat een enorm vrachtvliegtuig voorbij rolt, schrik ik op uit mijn dagdroom. Nog twee minuten voor de uitzending begint. Tunesiƫ, mijmer ik nog even. Mijn vader werd diezelfde middag nog beroofd op het strand. Een vriendelijke jongen probeerde hem zogenaamd sinaasappelen te verkopen.
Ik grinnik.
0 Reactie(s):
plaats een reactie
<< Home