Even met stomheid geslagen
Terwijl ik op weg was naar het Weena om een handtekening te zetten, zag ik Geert-Jan voor de parkeergarage heen en weer slenteren. Hij adviseerde een mevrouw die net haar auto had geparkeerd om wel een kaartje te kopen. "Jazeker! Dank u," zei de vrouw. Geert-Jan knikte vriendelijk.
Toen ik weer terugfietste, liep hij nog steeds op dezelfde plek wat te ijsberen. Ik strekte mijn hand uit en hij de zijne. "Dat is lang geleden," zei Geert-Jan. Ik knikte en vroeg hoe het met hem was. "Niet zo goed," bekende hij. Vragend keek ik hem aan. "Ik heb leukemie," zei hij.
Even was ik met stomheid geslagen. Ik vroeg me af of hij echt ziek was of dat zijn opmerking een poging was om medeleven te ontlokken. Anderhalve week eerder was de diagnose gesteld, vervolgde Geert-Jan. De artsen gaven hem nog één tot drie jaar. Hij voelde zich ook steeds minder goed.
Op straat was het ook al meer kommer en kwel dan ooit tevoren. Mensen liepen dwars door hem heen, kochten geen Straatkranten meer, zeiden niet eens meer gedag. Ik vroeg of ik kon helpen. Hij knikte en ik gaf hem impulsief twintig euro. "Niet bij de pakken neerzitten," adviseerde ik nog.
"Dat had ik even nodig," riep hij terwijl ik weer doorfietste. "Even een beetje aandacht." Ik glimlachte.
[Zie ook: Dossier Geert-Jan]
1 Reactie(s):
Zo zie je maar....
Geld maakt niet gelukkig, maar het helpt wel een beetje.
14 oktober 2005 om 07:13
plaats een reactie
<< Home