De naweeën van het familiedrama
Het is alweer bijna vijftien jaar geleden. Bijna de helft van mijn leven, realiseerde ik me gisteravond terwijl ik stond te wachten op het centraal station in Amsterdam. In de verte hoorde ik vaag het geluid van zwiepende rotorbladen in de avondlucht. Boven station Muiderpoort, waar net twee treinen waren gebotst, hingen helikopters. Mijn eigen trein richting Rotterdam was minuten te laat. Ongetwijfeld door de naweeën van het familiedrama, dat zich eerder die dag op het spoor bij Haarlem had afgespeeld.
Ik was op weg naar huis na een vroege editie van Hart van Nederland. De zelfmoord van de vader en zijn twee kinderen was natuurlijk de opening van onze uitzending geweest. Ik had geprobeerd om zo min mogelijk mee te krijgen van de schokkende details die op de redactie al snel de ronde deden. Terwijl dat tegelijkertijd ergernis bij mezelf opwekte. Het stoorde me toen ik moeite bleek te hebben om een tekst voor te lezen waarin stond beschreven dat de kinderen hadden tegengestribbeld.
Gisterochtend nam ik juist voor een afrondende sessie met Maartje - die me als logopediste de afgelopen tijd terzijde heeft gestaan - de trein naar Hoek van Holland. Op het baanvak tussen station Vlaardingen Oost en Centrum dwaalden mijn gedachten zoals altijd af. Ik kan daar niet zijn zonder te denken aan die eerste dag in mei. Ik vraag me altijd af wat mijn zusje moet hebben gedacht, vlak voor ze werd aangereden. En tegelijk wil ik het niet weten. Omdat ik hoop dat ze tot het laatste moment zo naïef was om te denken dat spelen langs de rails inderdaad geen kwaad zou kunnen.
Daarom raakte het me misschien des te meer toen ik dacht aan die tegenstribbelende jongetjes. Met hun vader nota bene, op die spoorwegovergang.
0 Reactie(s):
plaats een reactie
<< Home