Stoppen doet niemand
Het echte leven speelt zich hier af langs de weg. De levenslijn voor een gemiddelde Filippino. Zoals in alle Aziatische landen natuurlijk met ontelbare eetstalletjes. Weinig verfijnd overigens. Er gaat hier vooral vlees op de barbecue en dan het liefst in de vorm van smakeloze, knakworstachtige creaties. Of onbestemde balletjes op een stokje. Als je geluk hebt draait er een kip aan het spit. Van groenten moeten ze hier sowieso maar weinig hebben.
Het eten tref je overigens niet alleen lángs de weg, maar ook óp de weg. Letterlijk. In de vorm van rijst, mais of koffiebonen. Het afsluiten van een rijstrook over tientallen meters om je zelfgekweekte waar te laten drogen in de zon, is volstrekt geaccepteerd. Bussen, jeepneys en tricycles laveren er behendig omheen. En als de oogst gereed is om verkocht te worden, komt een heel leger Filippino's in actie met bezems en zakken om het asfalt weer vrij te maken.
Wegbarrières zijn er ook in andere vormen. Zo tref je in dit land ontelbare 'checkpoints' van het leger en de politie. Die worden gekenmerkt door witte hekjes op straat, waarop met grote rode letters het woord 'stop' is geschilderd. Stoppen doet overigens niemand en een uniform heb ik er nooit in de buurt gezien. Hetzelfde soort hekjes tref je bij scholen, dan met de tekst 'slow down'. Maar ook daaraan laat geen enkele chauffeur zich iets gelegen liggen.
De wegen zelf zijn ondertussen de meest in het oog springende indicatie dat corruptie nog altijd welig tiert. Niet zelden is op een specifieke route het wegdek slechts deels verhard. Over enkele honderden meters blijkt het in perfecte staat, om abrubt over te gaan in 'dirtroad' en vervolgens weer in keurig asfalt of beton. Inmiddels weet ik dat de secties door verschillende aannemers worden gebouwd, die simpelweg stoppen als het geld op is. En dat is nogal snel het geval.
Een gemiddelde bus of jeepney maakt dat maar bar weinig uit. Met veel gehobbel en wat extra reistijd wordt de bestemming alsnog wel bereikt. Daarbij is het op z'n minst bizar om te zien hoeveel mensen je per rit blijkt te kunnen vervoeren. Vooral de jeepneys die langere afstanden rijden en normaal gesproken plaats bieden aan negentien passagiers, zijn in staat om dat aantal op te rekken tot ongekende hoogten. Met een goed gevuld dak komen ze soms zelfs wel tot vijftig.
Bussen kenmerken zich vooral door de muziek die er wordt gedraaid. Dat is zonder uitzondering namelijk Amerikaanse country. Op z'n minst surrealistisch wanneer je daar voor het eerst mee wordt geconfronteerd. Tegelijk ook wel begrijpelijk, wanneer je bedenkt dat dit land lange tijd onder koloniaal bewind van de Verenigde Staten viel. Maar het blijft toch een beetje vreemd om een bus Filippino's vol ovetuiging mee te horen zingen met Reba McEntire.
De weg. Bron van verwondering. Van frustratie soms. Maar zonder twijfel de spiegel van het echte Filippijnse leven.
[Zie ook: Dossier Filippijnen]
0 Reactie(s):
plaats een reactie
<< Home