De weblog met de positieve vibes!

7.1.08

Een wereld op zich

Panaji is Portugal in het klein. De huizen met hun kenmerkende balkons, grote houten deuren en stemmig mediterrane kleuren. De witte kerken met blauwe accenten. Het al net zo blauw-witte tegelwerk dat her en der in muren is gemetseld. De siësta, die hier langer duurt dan waar ook in Goa. Het Portugees dat zelfs nog vloeiend wordt gesproken door oude vandagen, zoals het stel dat ons hotel runt bijvoorbeeld.

Panaji lijkt in niets op India. Maar wat is India, aan de andere kant? Een dag voor vertrek lijkt het tijd om de balans op te maken. En dat is lastiger dan ooit. Want Goa lijkt in weinig opzichten op Kerala en heeft al helemaal niets van Radjastan. Natuurlijk zijn er overal kleurige sari's, heilige koeien en riksja's in overvloed. Maar tegelijk heeft dit land zo ontzettend veel verschillende gezichten.

Ik ben geneigd Radjastan vooral heel erg India te vinden. Met z'n smerige straten en tulbanden waar je ook kijkt. Met z'n enorme paleizen en sprookjesachtige forten. Maar misschien is dat beeld wel te nauw. Zoiets als domme Amerikanen die denken dat Volendam en Kinderdijk het echte Nederland zijn. Misschien is de miljardenstad Mumbai wel het echte India. Als het echte India al bestaat.

Een land met zo'n twintig officiële talen en zelfs achttienhonderd dialecten, dat zich uitstrekt van de Himalaya in het noorden tot Sri Lanka in het uiterste zuiden. Een subcontinent. Een wereld op zich. Hectisch en vermoeiend, maar ook vriendelijk en vaak zelfs hartverwarmend. Een land in beweging, met een enormde potentie. Maar ook met schrijndende armoede en een hardnekkig kastesysteem.

Dat is India. En nog veel meer. Intrigerend India. Op z'n minst...

[Zie ook: Dossier India]

4.1.08

Het is een soort porno

We zijn in Goa, de feestprovincie van India. Over mijn schouder kijkend zie ik Tito's aan de overkant van de straat. De beroemdste club van het land. Baga, het plaatsje waar we nu zijn, heeft z'n reputatie geheel aan die discotheek te danken. Er schijnt overigens nogal een overvloed aan testosteron te zijn in Tito's, zodra het feest hier 's nachts losgaat. Zozeer zelfs dat Lonely Planet vrouwen waarschuwt die een bezoek aan de discotheek overwegen.

Zelf slapen we overigens niet in Baga, maar in het nagenoeg uitgestorven want onontdekte Mandrem in het noorden van Goa. Daar gebeurt helemaal niets. Het strand is er overdag nagenoeg leeg en zodra het duister valt is er al helemaal niemand meer te bekennen. Overigens zijn de legendarische strandfeesten in Goa sowieso verleden tijd. Een aantal jaar geleden is hier een wet aangenomen die rumoer in de buitenlucht na tien uur 's avonds verbiedt. Af en toe gebeurt het nu nog illegaal.

Dat wil overigens niet zeggen dat het wilde karakter van deze kleinste provincie in India helemaal tot het verleden behoort. Baga en andere plaatsen aan de kust barsten uit hun voegen van de meest Europese en Israelische feestgangers die tegenwoordig hun heil zoeken in besloten gelegenheden en de atmosfeer doet regelmatig denken aan de Spaanse Costa's. En ook het hippie-verleden van Goa is nog niet geheel verdwenen. Er wordt in ieder geval nog volop geblowd.

Voor de Indiërs zelf - en dan met name de mannen, die overigens standaard een snor dragen - vormen de strandgewoontes van de bezoekende toeristen een waar hoogtepunt. Over testosteron gesproken! Zelfs in het uitgestorven Mandrem waagt zich af en toe een Indiër quasi nonchalant tussen het zonaanbiddende volk, waarbij de ogen met name gericht zijn op de schaars gekleede blanke vrouwen. Want hun eigen vrouwen zouden zich beslist niet van hun sari's ontdoen.

Het was op z'n minst een opmerkelijk gezicht, de Indiër die ik vanmiddag schuchter tussen de weinige badgasten door zag slenteren. Gekleed in een keurige lange broek en fris gestreken overhemd, met glimmend gepoetste bruinleren schoenen en een brommerhelm in de rechterhand. Hij poogde nog te doen alsof hij een duidelijke bestemming had, maar zelfs zijn pilotenbril kon zijn ware bedoelingen niet verhullen. Het is een soort porno voor ze, stel ik me voor.

Vanavond eindelijk weer eens vlees gegeten, bij de Subway die we hier vonden! Westerse ketens zijn bijzonder dungezaaid in dit land en de Indiërs vertrouwen we niet voldoende om er anders dan vegetarisch te bestellen. En dus voelde de 6" sandwich met 'roasted chicken' en 'honey-mustard' als een absolute weldaad. Morgen nog een dagje lezen in de schaduw en dan door naar Panaji, de hoofdstad van Goa, voor wat koloniaal Portugese geschiedenis.

[Zie ook: Dossier India]

2.1.08

Lokale vissers glijden voorbij

Zo relaxed kan het leven dus zijn. De wereld trekt in slowmotion aan ons voorbij. Wanneer je je ogen dichtknijpt, heeft het landschap bijna iets Hollands. Polders zover het oog reikt. De kanalen die we bevaren liggen meters hoger dan het land. Net zoals thuis. Als je beter kijkt blijken de weilanden echter rijstvelden en de knotwilgen zijn palmbomen. Op de oevers is het dagelijks leven in volle gang. Vrouwen doen de was in hetzelfde water dat onze boot doorklieft. Kinderen komen thuis na een dag op school. Keurig in uniform. Lokale vissers glijden voorbij in hun langgerekte scheepjes, die iets weghebben van kano's. Overal worden we vriendelijk toegelachen en wordt er eerst schuchter, later uitbundig gezwaaid.

De 'backwaters' van Kerala, op een boot die meer wegheeft van een drijvend huis. Met een gemoedelijke voorplecht die uitnodigt tot onderuitgezakt niets doen. En een slaapkamer die van alle gemakken is voorzien. Een tv met dvd-speler en illegaal gekopieerde films in overvloed, een airco omdat de nachten minstens zo klam zijn als de dagen en een badkamer die schoner is dan in menig hotel. Bovendien is het eten aan boord ronduit geweldig. Met liefde bereid door Das, onze eigen kok. Terwijl kapitein Ajit nog een beheerste zwengel geeft aan het roer. Zo relaxed kan India zijn. Twee dagen met z'n tweeën op het water. Of eigenlijk met z'n vieren dus. Na alle drukte van de afgelopen weken is dit het absolute summum. Het voelt als vakantie...

[Zie ook: Dossier India]